Zwarte Piet is gevormd uit een amalgaam van figuren die in de sinterklaastraditie een rol speelden. Hieronder worden de belangrijksten daarvan besproken. Het gaat om de heiden, de dood, de moslim, de komediant en de gildeknecht.

De heiden en de dood

Op verschillende plaatsen in Europa vinden winterrituelen plaats die uit een andere wereld lijken te komen. In werkelijkheid zijn het overblijfselen van onze eigen geschiedenis. Vóórdat de televisie en andere massamedia ingang vonden, bestonden dergelijke gebruiken ook in Nederland. Sterker, ze bestaan nog steeds.

De half dierlijke gedaanten zijn de doden uit de onderwereld. De bewoners van de heidense onderwereld zijn onder christelijke invloed duivels geworden. Zij komen elk jaar op gezette tijden in het midden van de winter tevoorschijn.

Omdat het onderliggende heidense wereldbeeld uitgaat van een cyclus van leven, dood en wedergeboorte, betekent de dood niet het einde. Net als het einde van het jaar betekent dat er een nieuw jaar begint, ontstaat er ruimte voor nieuw leven. Tijdens de rituelen krijgen huwbare meisjes roet of zwarte verf op hun gezicht gesmeerd. Dit is een teken van vruchtbaarheid, van nieuw leven.

De heidense gebruiken zijn onder invloed van het christendom verbonden geraakt aan christelijke heiligen, van wie Sint Nicolaas de belangrijkste winterheilige is. De confrontatie tussen het christendom en de inheemse, heidense Europese godsdiensten vinden we terug in de tegenstelling wit en zwart, waarin wit staat voor het christendom en zwart voor het heidendom. Deze voorloper en de geschiedenis ervan vanaf de kerstening wordt besproken in het boek “Sint Nicolaas en de verborgen geschiedenis van Europa”.

De moslim

De islam als voornaamste vijand van het christendom is in de vorm van de moor onderdeel geworden van de Sint Nicolaascultus. Deze toevoeging is, als gevolg van de lange en complexe geschiedenis, niet altijd expliciet herkenbaar. Vaak is de moor samengevoegd met de duivel, de dood of de heiden. Het resultaat is een schrikfiguur waar kinderen bang van worden. Het is het kwaad waarvoor je je kunt behoeden door een goed christen te zijn.

Sint Nicolaas heeft zijn populariteit grotendeels te danken aan zijn rol in de strijd tussen Europa en de islamitische wereld. Hij bevrijdt Europese slaven uit slavernij en bekeert plunderende moslims tot het christendom. Moslims worden als heidenen gezien en worden daarom zwart verbeeld, als zwarte moren. Deze betekenis van Sint Nicolaas is al vanaf de vroege middeleeuwen bekend in Italië. Vanaf de 11e eeuw verspreidt de reputatie van Sint Nicolaas als beschermheilige tegen de islam zich over de rest van West-Europa. Als gevolg van de Turkse invallen in de Balkan en de slavenjachten door Turken en Tataren in Zuid-, Oost- en Midden-Europa, krijgt Sint Nicolaas als bevrijder van slaven een nieuwe impuls.

In alle drie de boeken worden aspecten van de islamitische slavernij en het verband met de sinterklaastraditie en Zwarte Piet besproken. Het boek Sint Nicolaas en de verborgen geschiedenis van Europa (2023) bevat het inzicht dat de islam gedurende de middeleeuwen ook als een heidense godsdienst werd gezien.

De komediant

De kleding en de komische rol van Zwarte Piet zijn afkomstig van de komediant van de populaire sinterklaaskermis. Deze kermis heeft eeuwenlang in Amsterdam, Den Bosch en andere steden en dorpen in Nederland en België plaatsgevonden. Op de kermis kwamen komedianten voorstellingen geven. Van schilders als Jan Steen en Frans Hals weten we dat deze komedianten precies zo gekleed waren als Zwarte Piet tegenwoordig. De Jong heeft in De komediant, de piraat en de geschiedvervalser (2018) aannemelijk gemaakt dat de komediant van de Sinterklaaskermis een voorloper is van Zwarte Piet. 

De gildeknecht

De rol van knecht valt toe te schrijven aan de gildeknecht van het Sint Nicolaasgilde. Hij heeft zowel administratieve als ceremoniële taken. Zo loopt hij voorop in processies waarin het gilde zich in de stad presenteert. De gildeknecht draagt een roe als attribuut. Over deze voorloper is in De kermis, de slavenjacht en het einde van de wetenschap (2020) voor het eerst gepubliceerd.